Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zij woonde onder den [9]palmboom van Debora, tussen Rama en tussen Beth-el, op het gebergte van Efraim; en de kinderen Israels gingen op tot haar [10]ten gerichte. 9. Alzo naar Debora genoemd. 10. Om van haar, als een profetes, des Heeren wil te vernemen in zaken, waarin zij geen uitkomst wisten te vinden bij zichzelven, of door de ordinaire wegen van onderwijs of justitie.